De riem in de auto is vaak ongemakkelijk. Dat is de reden waarom kinderen vaak kibbelen. Belangrijk: er mogen geen voorwerpen tussen de mens en de riem worden geklemd. Een goed zittende veiligheidsgordel in de auto loopt over de schouder en het sleutelbeen, maar is niet rond de nek. Dit is wat de Dekra opmerkt. Automobilisten mogen de riem ook niet onder de oksel uitvoeren voor het gemak.
Hij kan ook niet over harde dingen heen lopen, zoals toetsen of mobiele telefoons. Door de druk van de riem bij een ongeval bestaat er een extra risico op letsel. Voor het omsnoeren trek je dikke jassen of jassen uit. Omdat de kleding kan dienen als luchtkussen en de functie van de riemspanner kan verminderen.
Airbag, riemspanner en gordelkrachtbegrenzers vormen een nauwkeurig afgestemd systeem met de veiligheidsgordel in de auto. Maar een verkeerde riem kan deze interactie en dus de veiligheid in gevaar brengen. Als de riem bijvoorbeeld niet toestaat dat het bovenlichaam bij een ongeval optimaal op de airbag stuitert.
